van wonen 4.0 naar wonen 1.0
Ik las op Aedesnet
de term wonen 4.0. Blijkbaar is er nieuwe functionaliteit aan het wonen
toegevoegd om een nieuwe versie uit te brengen. Het gaat om een upgrade van
blijkbaar 3.0 naar 4.0, een majeure verandering. Ik keek even naar buiten en
binnen mijn woning zelf of ik grote veranderingen zag. Het kon zijn dat mijn
opmerkzaamheid even weg is geweest. Maar nee, alles nog even wonend als
vroeger. Met deze modernistische terminologie wordt wonen blijkbaar compleet
anders in de volkshuisvesting.
Versie 3.0 was denk
ik vooral ingevuld en gedefinieerd binnen de episteme van de woningmarkt,
en werden oorzaken en oplossingsruimten vooral in economische markttermen
gedefinieerd. Naar mijn idee is dat maar voor een heel klein deel het geval.
Mijn stelling is, om
in ICT termen te blijven, nooit een wonen 0.0 geweest. Er is binnen de
volkshuisvesting eigenlijk nooit de discussie is gevoerd over het wonen zelf.
En zo geeft Heidegger aan als je niet kunt denken over wonen kun je niet
bouwen. Vanuit deze thematiek is volkshuisvesting dan vooral te denken als
nauwe betekenisgeven van huisvesten.
Het be-denken van
het wonen in de volkshuisvesting werd op een bijna Marcusiaanse termen
een-dimensionaal gedaan, met name in de neo-liberale periode (vanaf de Nota
Heerema). Het wonen transponeerde naar consumptiegoed. De woonconsument deed
zijn intrede. Als we dat vertalen in Heideggeriaanse termen werden de
maatschappelijke verding-lijkte woningen die het wonen voor de doelgroep inhoud
oplegde en geen verding-lijking van het noodzakelijke eigen wonen was.. Maar
hoe je het went of keer in de woning zit niet het leren denken van het wonen.
Juist het commodificeren van de woning, commodificeert het wonen en verliest
daarmee de noodzakelijk de ontologische relatie. Juist die ontologische relatie
is essentieel bestandsdeel van het leven en zijn.
“De woning is de plek waar je deelhebt aan het
‘wereldspel’, vanaf de geboorte tot aan de dood. Het is de plaats waar je
‘thuis’ bent en alle wegen van de wereld bij elkaar komen. De existentie – het
Zijn – voltrekt zich dus volgens Heidegger in en vanuit je woning” en daarmee
ik vervolg het citaat:” Mensen weten volgens hem evenwel niet meer hoe te wonen
en architecten hebben eenzijdig aandacht voor morfologische en constructieve
aspecten; zij zijn vooral gericht op het ‘bouwen’. De technische ontwikkeling van de negentiende en twintigste eeuw
heeft ervoor gezorgd dat de mens overal en dus nergens meer thuis is. Hem
ontbreekt het aan een geestelijke band met de plek waar hij woont”
Wonen 4.0 is eigenlijk volkshuisvesting 4.0 en die versie
wordt niet meer gevraagd. Volkshuisvesting is als term rijp voor het museum. En
daarmee kan een begin worden gemaakt met het be-denken van wonen 1.0.
weblog (versie 1.0)
Reacties
Een reactie posten